Ik heb echt een enorme hekel aan ommetjes. Want als recreatief marathonloper is een ‘ommetje’ natuurlijk ver beneden mijn stand. Helaas moet ik wellicht zeggen ‘oud-marathonloper’, want ik kamp al een jaar met een hardnekkige knieblessure waardoor ik (zelfmedelijdenmodus AAN) wellicht het hardlopen maar voorgoed moet opgeven (zelfmedelijdenmodus UIT).
Maar goed: blessures zijn een hardnekkig probleem in de hardloopwereld. Sommige mensen lopen nog hard op hun tachtigste, voor anderen is het op hun veertigste al einde oefening. Dan zit ik daar, op m’n bijna zestigste, mooi tussenin. Ik mag niet klagen. Doe ik ook niet hoor.
Pensioen
Net zoals ik er geen enkel probleem mee heb dat ik dus bijna zestig jaar oud ben. Welnee. Toen ik op mijn werk de eerste uitnodiging kreeg voor de cursus ‘pensioen in zicht’ wilde ik ook echt niet huilend onder mijn bureau kruipen. Tuurlijk niet. Kan ik best hebben.
Bejaard
Maar waarom heb ik dan een hekel aan ommetjes? Niet omdat ik wandelen haat. In tegendeel: ik ben graag buiten en ik beweeg graag. Mijn probleem is dat ‘ommetjes’, nou ja, zo gezapig klinkt. Zo bejáárd. Mijn vader van 98 jaar oud – díe maakt ommetjes. Ik ga ‘een eind wandelen’ of ‘een stuk lopen’. Dat klinkt al meteen veel beter.
Competitie
En ja, ik wil dat lopen en wandelen best bijhouden in een app. Want via die app heb je ook contact met anderen, dat verbroedert. En een beetje vrolijke onderlinge competitie is ook nooit weg.
Dus ach, misschien is die ommetjes-app best wel wat voor me, en zou ik hem toch eens moeten installeren. Weet je: ik ga het gewoon dóen.
Zodra ze hem een andere naam geven.
Rob Voorwinden