Weekuitdaging 4
Maak een vogelparadijsje
WEEK 4 : Wat gaan we doen?
We gaan de vogels in onze omgeving helpen, zodat ze goed de winter doorkomen en ze zich in grote getale kunnen voortplanten in de lente (oelala). Zo helpen we het vergroten van de biodiversiteit. We gaan zorgen voor Voedsel, Veiligheid en voldoende broedplekken (Voortplanting). De drie V’s.
En natuurlijk gaan we ook genieten. Even stil staan bij de pracht van de natuur. Hoe lekker is het om wakker te worden met het gefluit van vogels!
“The more variety,
the better society”
Waarom?
Het landschap in Nederland verarmt en daardoor hebben we steeds minder én minder soorten vogels, insecten en planten. Biodiversiteit noemen we dat.
We hebben er namelijk nogal een handje van om onze tuinen, parken en landbouwgronden netjes aan te harken. Daar houden vogels niet van, die houden juist van een beetje rommelig.
Ten eerste verdwijnen daarmee alle lekkere vogelhapjes. Op de meeste akkers in Nederland wordt er namelijk nog maar één soort gewas gekweekt en worden alle andere wilde bloemen en kruiden doodgemaakt met bestrijdingsmiddelen. Dat lijkt lekker praktisch en opgeruimd, maar dat is funest voor insecten en daarmee dus ook voor vogels, die deze insecten eten. En ook in de stad is er te weinig groen en gebloem voor insecten en vogels.
Ten tweede zorgt al dat eentonige landschap in de polder en de stad ervoor dat er veel minder schuil en broedplaatsen zijn voor vogels. Die houden namelijk van heggen, struiken en klimplanten om zich in te verstoppen én hun nesten in de bouwen.
Huizen hebben geen kieren meer, de heg is verdwenen uit het straatbeeld en op akkers hebben natuurlijke perceelafscheidingen van bijvoorbeeld de meidoorn plaatsgemaakt voor saaie hekjes.
Bovendien worden jonge vogeltjes in de stad ook vaak gedood door katten.
Groot alarm dus. Red de vogels! Daarmee help je trouwens de hele biodiversiteit in je omgeving te vergroten.
kleine stap
- Zorg voor voer. Strooi vogelzaadjes, hang een pot (zoutloze!) pindakaas op en rijg een pindasnoer. Vetbollen zijn in de winter ook lekker. Op de site van de vogelbescherming vind je allerlei soorten voer en voederhuisjes.
- Zet een schaal neer met water. Water vergeten mensen vaak, maar is zeker in de stad belangrijk.
- Heb je al een vogelkastje? Veeg die dan schoon. Vogels nestelen graag in een schoon huisje.
- Geniet van al het gefladder en gefluit om je heen. ’s Ochtends als je gaat wandelen of joggen, als je uit je raam kijkt en straks in de lente als de vogels je weer wakkerfluiten. Enneh, wees je ervan bewust dat dit niet vanzelfsprekend is. Dankzij jou zijn er een stuk meer blije vogels.
Grote stap
- Doe mee aan de nationale vogeltelling komend weekend.
- Zorg voor extra broedplaatsen en hang in de winter al vogelkastjes op of maak ze zelf, leuk met je kinderen.
Zorg dat ze uit de volle zon en wind hangen en een beetje beschutting hebben van bijvoorbeeld een klimop. Een nestkast op je gevel onder de dakpannenrand kan ook, daar houden zwaluwen weer van.
Kijk op deze site welke vogels er in jouw omgeving leven en welke vogelkastjes je dus het beste kunt aanschaffen. Zelf maken? Check het hier! Zoek een oude plank of ga naar een tweedehands bouwmarkt en maak je eigen ontwerp. - Zorg voor voldoende schuilplaatsen in je tuin of je buurt en overweeg om een heg, klimop of andere klimplant tegen de schutting te zetten. Deze beschermen ook tegen katten of grote vogels.
- Maak een takkenril: leg snoeiafval op een hoop achterin je tuin. Geweldige schuilplek voor vogels én trekt allerlei smakelijke insectjes aan waar de vogels weer van smullen. Egels houden er trouwens ook van.
- Heb je een poes? Geef hem een belletje aan zijn halsband. Zo horen vogels hem aan komen sluipen.
- Heb je geen tuin, maar alleen een balkon? Ook daar kun je water en voer ophangen of van de lente een plantenbak vullen met zaadjes voor veldbloemen. En misschien kun je er wel een klimklant laten groeien van het voorjaar, zodat vogels zich kunnen verstoppen. Ook tegen je huis of in het parkje om de hoek kun je een vogelhuisjes bevestigen.
- Zelfs geen balkon? Wip dan een tegel uit de stoep voor je gevel en strooi daar van de lente wat zaadjes. Of kijk in je buurt of je ergens een vogelkastje of pindasnoer kan ophangen. Hoe kan jij de vogels in jouw buurt een handje helpen?
- Schoolpleinen zijn ook vogelvriendelijk te maken, en dan trouwens ook veel leuker om op te spelen. In samenwerking met IVN natuureducatie en de vogelbescherming kun je een project starten op de school van je kind.
SUPERTIP
Wil je weten welke vogels er in jouw buurt wonen en hoe je juist voor hen een vogelparadijsje maakt? Ga naar deze handige site van de vogelbescherming en krijg allerlei leuke tips hoe je jouw tuin of balkon precies goed inricht voor deze soorten.
Tips
- Wil je je wel eens verplaatsen in het leven van een vogel? Luister dan deze podcastaflevering van Groene Oren van Staatsbosbeheer. Een grappig en leerzaam interview met Nachtzwaluw Daniel.
- Denk nu al na over welke mooie bloemen, kruiden en planten je dit voorjaar kan zaaien in je tuin, waar insecten en vlinders op afkomen. Een fijne mix veldbloemen bijvoorbeeld, want vogels houden van variatie. Let op: kies voor biologische planten, die zijn gifvrij. Op de site van de vogelbescherming vind je tips of kies voor een gemengd vlinderpakket van Bolster bijvoorbeeld. Zaaien doei je wel pas in het voorjaar.
Beloning
- Groen: directe bonuspunten voor jou, omdat je de biodiversiteit een handje helpt
- Geluk: al die vogels om je heen, dat is genieten. Je hoeft er niet eens voor naar het zuidelijk halfrond met je backpack (scheelt ook nog eens CO2).
- Gezond: meer groen en meer vogels, dat noemen we natuur en dat is bewezen ontspannend en gezond.
Weetjes
- Wist je dat de Merel de meeste voorkomende vogel is in de Nederlandse tuin?
- In een koude nacht verliezen kleinere vogelsoorten soms wel 10% van hun lichaamsgewicht. Daarvoor zijn de vetbollen en pinda’s nuttig.
- Jonge vogeltjes hebben vooral eiwitten nodig om te kunnen groeien en geen vet, zorg daarom voor voldoende bloeiende planten in je tuin, zodat er veel insecten op afkomen
en de er veel vette wormen in de grond zitten.Met dank aan Hanne Tersmette van de Vogelbescherming
Vogels - column week 4
Ik heb niks met vogels. Ik heb er geen hekel aan, maar ze vallen me gewoon nooit zo op.
De laatste keer dat ik echt heel bewust een vogel zag, is toen ik vorig jaar op de camping croissants had gehaald. Ik legde ze op de picknicktafel, liep de caravan in om koffie te zetten, en toen ik buiten kwam zag ik de grootste zeemeeuw ooit – een soort pitbull met vleugels – het luchtruim kiezen met een zak met vijf croissants in zijn snavel. Om die op het dak van een naburige caravan samen met zijn maten op te gaan pikken, onder veel gekrijs en gefladder.
Vingers
Verder heb ik wel een tuin maar geen groene vingers, dus je zult me niet snel zien tuinieren. Maar gelukkig is er de perfecte oplossing voor mensen die niet van tuinieren houden maar wel begaan zijn met het milieu: een groen dak. Een groen schuurdak, in dit geval. Dat is een dak waar plantjes op groeien, en waar je verder niets aan hoeft te doen omdat je er toch niet bij kunt.
Insecten
Ons groene schuurdak ligt er ruim een jaar, en het is ideaal want ik heb er geen last van. We kregen er zelfs nog subsidie voor ook, hier in Utrecht. Verder kan ik me indenken dat insecten het wel prettig vinden op zo’n dak, en insecten zijn in feite vogelvoer dus doe ik óók iets voor de vogeltjes. Indirect, maar toch.
Uiteraard zou ik ook iets direct voor de vogels kunnen doen, en daar zal ik zeker serieus over nadenken.
Maar eerst mijn croissants terug.
Rob Voorwinden